Skip to main content

CAROLINA
prinses van Nassau en Oranje

CAROLINA prinses van Nassau en Oranje
Dochter van * Willem IV en * Anna van Hannover
Leeuwarden 28 februari 1743 – Kirchheimbolanden 6 mei 1787
Trouwt ‘s-Gravenhage 5 maart 1760 Karel Christiaan regerend vorst van Nassau-Weilburg 1735-1788

Na twee doodgeboren dochters wordt deze Oranjeprinses geboren, drie jaar later gevolgd door de als zuigeling overleden Anna Marie en weer twee jaar later door de lang verbeide Oranjestamhouder * Willem V. Omdat Carolina de eerste vijf jaar van haar leven de enige Oranjetelg is en haar broertje over een zwakke gezondheid blijkt te beschikken, wordt in 1747 het stadhouderschap in vrouwelijke lijn erfelijk verklaard. Als zij wil trouwen met Karel van Nassau-Weilburg weigeren de Staten de voor het behoud van haar erfrechten vereiste toestemming, omdat de bruidegom luthers is in plaats van gereformeerd. De machtige `dikke’ hertog van Brunswijk zet door en stelt een trouwdatum vast. Holland en Utrecht besluiten dan `het huwelijk te sullen aansien zonder sig daartegen te opposeeren’. De Oranjeprinses krijgt bij haar huwelijk meer `als ooit enige princes uit het Huis van Oranje heeft genooten, ja mogelijk meer als eenige andere princesse in geheel Europa’: fl. 80.000 uit de Nederlandse, fl. 20.000 uit de Duitse erfgoederen en voor fl. 10.000 aan sieraden, kleinodiën en kleding; van de bruidegom een Morgengabe van fl. 10.000 alsmede hand-, speel- en kleedgeld van fl. 3000 per jaar. Als erfopvolgster blijft Carolina na haar huwelijk in de Nederlanden wonen; haar echtgenoot krijgt een aanstelling als generaal der infanterie in Staatse dienst (traktement fl. 10.000 per jaar) en gouverneur van Bergen op Zoom. De jaren 1760-1764 bewonen de echtelieden meestentijds het sterk verwaarloosde paleis Honselaersdijk, dat in 1754 is teruggekocht van de koning van Pruisen, die het krachtens het Traktaat van Partage (1731) heeft geërfd (zie * Willem IV).

Zij besluiten een geheel nieuw paleis in ‘s-Gravenhage te bouwen naar ontwerp van de architect Pieter de Swart. Hiermee wordt in 1766 begonnen, doch uiteindelijk wordt voor fl. 1.200.000 slechts één vleugel voltooid (thans Koninklijke Schouwburg). Vanaf december 1760 tot november 1785 brengt Carolina in totaal vijftien kinderen ter wereld van wie acht doodgeboren dan wel jonggestorven. Het echtpaar leeft op ruime voet; van Weilburg zegt men dat hij `sijn levenswijze hadde ingestelt alsof hij de stadhouder selve waere geweest’. In 1763 reist het gezin naar Weilburg en voortaan verblijft het ’s zomers op het stamslot te Kirchheimbolanden bij Kaiserslautern. Prinses Carolina is muzikaal en een uitstekend zangeres en pianiste. Als zij in 1765 verneemt dat de familie Mozart in Londen is, laat ze de Hollandse gezant J.W. graaf van Welderen weten de wonderkinderen gaarne te willen ontmoeten. Zo komen de Mozarts op haar uitdrukkelijk verzoek naar ‘s-Gravenhage, waar zij aan het hof optreden. De 9-jarige Wolfgang schrijft enkele composities voor Carolina, onder meer de sopraanaria `Conservati fedele’, KV 23. Wanneer beide kinderen Mozart tijdens hun Haags verblijf ernstig ziek worden, stuurt Carolina hun de hofarts Schwencke. In 1769 wordt Carolina’s hofhouding definitief naar Weilburg verlegd. Hier doet zij veel aan muziek en toneel. In 1778 treedt Mozart in Kirchheim met de zangeres Aloysia Weber nogmaals voor haar op; hij toont zich echter teleurgesteld over de geringe vergoeding die hij ontvangt. Over het pianospel van Carolina noteert een tijdgenoot: `Das Allegro und Presto gelingt ihr immer, das Adagio und Largo aber nie: denn sie hat aus übermäßiger Reizbarkeit der Nerven einen Abscheu vor allem Traurigen.’ Aan haar familieleden schrijft Carolina vrolijke en geestige brieven in een mengelmoes van Frans en Nederlands met zinnen als `cela se schikkera bien’. Vanaf 1773 is Weilburg gouverneur van Maastricht, zodat Carolina weer regelmatig in de Nederlanden verblijft.

In 1784 neemt hij tegen de zin van Willem ff ontslag in verband met verwikkelingen tussen de republiek en de keizer. Drie jaar later poogt hij in Nijmegen vergeefs te bemiddelen in de terugkeer van de stadhouder naar ‘s-Gravenhage. Enkele maanden later overlijdt Carolina na een ziekte van twee dagen. De weduwnaar hertrouwt in oktober 1788 morganatisch met Barbara Giessen von Kirchheim en overlijdt anderhalve maand later.

LITERATUUR
– Van der Does (1939), p. 156-170. – C.H. Slechte (red.): 175 Jaar Koninklijke Schouwburg 1804-1879. ‘s-Gravenhage 1979.
– W. Freund: Mozart am Fürstenhof in Kirchheim. Kirchheimbolanden 1991.
– L.J. van der Klooster: `Mozart en Oranje in Den Haag. `Hôtel Weilbourg’. Het Haagse paleis van prinses Carolina’, in: VONM (1991), p. 7-14.
– J.W.A. Naber: Carolina van Oranje, vorstin van Nassau-Weilburg 1743-1787. Haarlem 1910. – J. Steur: `Carolina prinses van Oranje-Nassau’, in: Van Beusekom (1938).